visie

Binnen ons bureau behandelen wij elke opdracht als een nieuw streven naar Architectuur. Dit streven naar Architectuur resulteert in unieke projecten, die zowel op vlak van orientatie, lichtinval als op vlak van vormgeving, optimaal op de site worden ingepland. We benaderen elk project als een totaal project, waarbij zowel aandacht geschonken wordt aan de architectuur van het gebouw, als aan de architectuur van het interieur. Beiden zijn onlosmakend aan elkaar verbonden. Dit is ook de reden waarom ons bureau zich gespecialiseerd heeft in het ontwerpen van een interieur op maat. Omtrent architectuur denken wij volgende visie te mogen stellen:

Credo 1 Op dezelfde plaats met hetzelfde programma en met hetzelfde budget zijn meerdere goede oplossingen mogelijk, die totaal verschillend kunnen zijn.

Credo 2 Tijdloze architectuur is een relatief begrip. Tijdloos, in de zin van “het zal niet verouderen” bestaat niet.

Credo 3 Elk gebouw zal na verloop van tijd “gedateerd” zijn. Goede architectuur heeft meer kans om goed gedateerd te zijn. Architectonisch waardeloze gebouwen lopen het risico om later als belachelijk, kinderachtig of zielloos bestempeld te worden.

Credo 4 De appreciatie van gebouwen, ook van architectonisch sterke gebouwen, is cyclisch. In de jaren 60 was er een onderwaardering van de 19e eeuw. Horta’s Volkshuis werd afgebroken in 1965 : dit zou nu onmogelijk zijn. Het funktionalisme beperkte het bouwen tot een droge realisatie van de opgelegde programma’s. De jaren 70 reageerden hierop met een architectuur die het volgende verdedigde : inspraak van de bewoner, kleinschaligheid, enz. Alles werd lief, knus en huiselijk … Met de opkomst van het postmodernisme in de jaren 80 was de waardering voor het heroische modernisme van de jaren 30 sterk gedaald : eeuwenoude elementen, zoals de symmetrie, het stijlcitaat, enz … werden gretig hergebruikt. De valkuil stond wijdopen en de resultaten zijn overal te zien. Er zijn tekenen die wijzen op een eindfaze van het neo-modernisme/minimalisme : het werd een alom gebruikte “stijl”, die hoorde bij “goede smaak” en “CCB” (culturel-correct-bouwen). De “TIJD” is de beste en ook meest ongenadige criticus : met de jaren groeit er een soort consensus, die evenwel, zoals gezegd, nog steeds aan cycli onderworpen is.

Credo 5 Bij de meeste ontwerpers groeit er een soort “stijl”. Het is zeer moeilijk om hieraan te ontsnappen. Het heeft te maken met keuzes en het onvermijdbare “vorm” geven van de opdracht. De ontwerper wordt hierin nog gestimuleerd door de potentiële klanten, die zoiets zoeken als “stijl”.

Credo 6 De “Variante” is een onontbeerlijk werkinstrument.
Zoals reeds gezegd onder credo 1 zijn we er vast van overtuigd dat met dezelfde criteria ,zoals : lokatie en oriëntatie, programma, budget, enz …. verschillende goede oplossingen mogelijk zijn. Daarom is elke opdracht van ons een zoeken naar het meest geschikte compromis. Dikwijls is het zo dat meer beperkingen sneller to de “beste” oplossing leiden.

Credo 7 “Authenticiteit” en “Integriteit.” Dit is het ultieme na te streven doel. Het is zeldzaam te bereiken en de beste garantie voor het “goed dateren van een gebouw”. Naar ons gevoel dragen bijna alle gebouwen van Peter Zumthor deze unieke status